Nat pak

foto: Margot Ploumen

foto: Margot Ploumen

Af- en toe reis ik naar Boxtel om te  ‘dommelen’. Zo heet het hier als je een dagje op kantoor van het Waterschap De Dommel bent. Let wel dit wordt gespeld met drie hoofdletters. Vandaag neem ik de trein en voor het laatste stukje maak ik gebruik van een Dommelfiets. In de fietsenstalling staat een degelijke – ietwat saaie-  stadsfiets op me te wachten. De waterschaps- verkiezingen zijn net achter de rug en ik zie mogelijkheden. Een kleurrijke, helderblauwe fiets die een naam draagt; de waterfiets. Tijdens mijn fietstochtje  door de straten van Boxtel lever ik dan meteen een bijdrage aan de duurzame, bewuste uitstraling van het waterschap. Wat denkt u ervan?

Na tien minuten arriveer ik bij het waterschap en stal mijn fiets onder een bord waarop in grote letters Waterhuis prijkt. Een glazenwasser is bezig met de ramen pal boven de hoofdingang. De waterdruppels spetteren naar beneden, mensen wachten en durven niet naar binnen te gaan. Vanaf zijn hoge positie aanschouwt de glazenwasser deze samenscholing onderaan zijn ladder. Met een grote grijns op zijn gezicht, roept hij ons toe; “Bang voor een nat pak? Jullie werken toch bij het waterschap!”

Ik trotseer de druppels en loop naar binnen en stuit op een bak met water waarin vissen zwemmen. In dit aquarium geen tropische vissen en kleurrijke koralen maar – zo lees ik in de toelichting – het Dommelaquarium bevat kwabaal, riviergrondel, bermpje, blankvoorn, baars en gevlekte Amerikaanse rivierkreeft. De namen van deze vissoorten spreken mij meer aan dan hun uitstraling. Het zijn doodgewone, nuchtere, recht-door-zee vissen die voorkomen in de beken en stromen van het Brabants landschap en nu dus ook in het Waterhuis.

Vervolgens maak ik kennis met watermannen en -vrouwen, sommigen zijn in januari of februari jarig maar de meesten werken voor het proces water. Duikers zijn geen kikvorsmannen- en vrouwen maar waterverbindingen. Dit zijn kokervormige constructies die onder wegen of (toegangs)dammen liggen, bedoeld om wateren met elkaar te verbinden en om doorstroming en afvoer van oppervlaktewater mogelijk te maken. Met kunstwerken bedoelen we niet alleen de schilderijen aan de muur maar ook een vispassage.

Dan start mijn eerste overleg in het Spruitenstroompje hiervoor rol ik mijn broekspijpen niet op en kan ik vergaderen met behoud van droge voeten. Droge voeten, voldoende en veilig water daar is het ons tenslotte om te doen, hier in het Waterhuis.

Margot Ploumen